Avondrood is de rode kleur van het hemelgewelf dat vaak in het westen te zien is als de zon bijna ondergaat of net is ondergegaan.
“Avondrood, mooi weer aan boord, morgenrood, regen in de sloot.” Dit bekende gezegde, waarvan alleen al de Nederlandse taal zo’n tweehonderd varianten kent, is een van de populairste en oudste weerspreuken. De Griekse geleerde Theophrastus (372-287 v.Chr.) zag het morgenrood al als de betrouwbaarste regenverwachting.
Avondrood ontstaat voornamelijk bij verstrooiing van zonlicht door stof. Op mooie warme dagen gaat er in de regel vervuiling in de lucht omhoog. In het licht van de laagstaande avondzon leidt dit stof tot roodkleuring. Dan hangt het dus vaak samen met luchtverontreiniging en fraai weer. ’s Ochtends zweeft er meestal nog niet zoveel stof in de lucht. Is de lucht dan rood dan wijst dat in de regel op waterdamp en een hoge luchtvochtigheid. Morgenrood hangt samen met uiterst kleine waterdruppeltjes en een grotere neerslagkans. Dat laatste blijkt echter niet uit statistieken.
Een roodkleuring van de atmosfeer kan ook veroorzaakt worden door vulkaanstof. Bij een explosieve uitbarsting komt het stof soms tot tientallen kilometers hoogte. Op die hoogte valt geen regen zodat het vulkaanstof zich daar verzamelt; het kan jaren duren voordat het stof goeddeels is verdwenen. Er waaien echter wel sterke winden op grote hoogte, waardoor het stof wereldwijd wordt verspreid. De rode gloed door vulkaanstof is alleen te zien bij stabiel weer en door de grote hoogte waarop het zich bevindt zo’n half uur na zonsondergang. Opmerkelijke rode schemeringskleuren in Europa kunnen dus veroorzaakt worden door vulkaanuitbarstingen in verre landen.
Bron Wikipedia Foto Tonnie Verheijden