Koolmees

 

Een Koolmeesje is een vaste bewoner in onze tuin, hij waakt nog steeds over zijn vogelhuisje. de andere mogen wel eten maar niet te dicht bij het vogelhuisje komen, want dan wordt hij boos en jaagt ze weg..

Volwassen koolmezen zijn circa 14 centimeter groot, hebben een spanwijdte van 22,5-25,5 centimeter en gewicht van ongeveer 20 gram. De koolmees heeft een zwarte kruin, witte wangvlekken, een gele borst en daarop een overlangs zwarte band. Mannetjes zijn te herkennen aan de duidelijk bredere zwarte band, maar ook aan de grotere hoeveelheid zwart tussen de poten en meer glans op de kop. Het juveniel is valer gekleurd en mist de zwarte streep, deze verschijnt in het najaar. De koolmees is de grootste soort mees, zoals de wetenschappelijke soortnaam verraadt: major betekent groot. De roep van de koolmees klinkt als péh-puuh wat vergelijkbaar is met de sirene van een politieauto. De zang is een hoog si si sirrr en lijkt iets zachter dan die van de pimpelmees. De vlucht van de koolmees is meestal gelijk aan die van andere mezen. In grote bogen vliegt de koolmees door de lucht, afwisselend wordt met de vleugels geslagen en gezweefd.

Aantrekkingskracht

Koolmezen kenmerken elkaar anders dan hoe wij ze zien. De groep van vogels waar koolmezen onder vallen kunnen heel goed UV-licht waarnemen. De mens en de meeste dieren kunnen geen UV-licht zien. Het vermogen om UV-licht waar te nemen is essentieel voor het vrouwtje om een mannetje te selecteren. Het zwarte brede bandje/streepje is hierbij het belangrijkste deel om indruk te maken en een zo groot mogelijke kans te maken voor een mannetje om door een vrouwtje te worden uitgekozen. UV-gevoeligheid wordt gebruikt om soortgenoten makkelijk waar te nemen maar toch niet op te vallen voor roofdieren aangezien deze geen UV-licht waar kunnen nemen. Voor vrouwtjeskoolmezen zou het dus een mooi lichtwerk geven maar ook het bewijs dat een mannetje voor haar kan dansen, zingen en voeren spelen een rol in de selectie van een mannetje.

Levenswijze

Koolmezen leven vooral in bosrijke gebieden, maar ze zijn ook heel vaak te zien in tuinen met veel groene voorzieningen. Koolmezen bevinden zich het meest in het struikgewas, tussen houtwallen en houtsingels en eigenlijk overal waar bomen te vinden zijn. Koolmezen zijn niet schuw en eten soms pinda’s uit de hand. Het geschatte aantal koppels koolmezen in Nederland staat op ongeveer 500.000 – 600.000 en stijgt nog steeds. De gemiddelde leeftijd van een koolmees in goede levensomstandigheden bedraagt ongeveer 10 jaar. De oudste geringde en geregistreerde koolmees werd 15 jaar oud maar de schatting is dat ook een leeftijd van 22 jaar gehaald kan worden.

Rupsenbestrijding

Koolmezen zijn uitzonderlijk baldadig maar ook nuttige dieren voor liefhebbers van fruitbomen en grote fruitgewassen. Vele koolmezen zullen namelijk vruchten en bladeren aan gewassen doorzeven om rupsen op te pikken. Ze kunnen grote aantallen rupsen wegvangen op een biologische manier maar dit gaat natuurlijk wel ten koste van de vruchten en bladeren die op hun beurt ook weer erg belangrijk zijn voor de oogst en de plant.

Jongen

Na de periode van 16 tot 23 dagen in het nest kunnen de jonge vogels het nest verlaten. De jongen kunnen net als de ouders goed aanvoelen wanneer het een geschikt moment is. Hierna wordt het voor de ouders een drukke periode om de jongen te leren voedsel te vinden, ze worden bij elkaar gehouden door een druk geroep. Deze eerste periode is moeilijk voor zowel ouders als jongen. Op deze manier vormen zij namelijk ook een makkelijk te traceren doel voor roofdieren. Per individu gaat het aanleren van het zoeken naar voedsel verschillend, maar het gaat over het algemeen wel snel. Jongen leren goed de omgeving kennen waarin ze geboren zijn en zullen daarom ook ieder jaar in de lente terug kunnen keren naar de plaats waar ze geboren zijn. Hierbij kunnen ze kiezen om het ouderlijke nest over te nemen als het niet bezet is.

handtekening.5

 

Laat een reactie achter

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *